JWB 2015/259
Schuldsanering
HR 10-07-2015, ECLI:NL:HR:2015:1847
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 juli 2015
- Zaaknummer
15/01398
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1847, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑07‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:599, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑05‑2015
- Wetingang
art. 81 RO
Essentie
Schuldsanering
Samenvatting
Casus
De rechtbank Noord-Holland heeft verzoekers verzoek tot het uitspreken van de toepassing van de schuldsaneringsregeling bij vonnis afgewezen. Naar het oordeel van de rechtbank had verzoeker onvoldoende aannemelijk gemaakt dat hij ten aanzien van het ontstaan of onbetaald laten van zijn schulden in de vijf jaar voorafgaand aan de dag waarop het verzoekschrift is ingediend, te goeder trouw is geweest, alsmede onvoldoende aannemelijk gemaakt dat hij de uit de schuldsaneringsregeling voortvloeiende verplichtingen naar behoren zal (kunnen) nakomen. Het het hof heeft het bestreden vonnis bekrachtigd.
Rechtsvraag
Heeft het hof terecht het bestreden vonnis bekrachtigd?
Beslissing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.