NJB 2020/1833
Dat een vreemdeling langdurig rechtmatig in Nederland verblijft, in dit geval bijna vijftig jaar, maakt verblijfsbeëindiging om redenen van openbare orde niet reeds daarom disproportioneel. Artikel 8 van het EVRM eist een individuele belangenafweging en zwaarwegende redenen voor verblijfsbeëindiging. Daaraan is in dit geval voldaan.
ABRvS 01-07-2020, ECLI:NL:RVS:2020:1503
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
1 juli 2020
- Magistraten
Mrs. Verheij, Troostwijk en Van Eck
- Zaaknummer
201908940/1/V2
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Vreemdelingenrecht / Verblijf
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2020:1503, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 01‑07‑2020
- Wetingang
(art. 8 EVRM)
Essentie
Dat een vreemdeling langdurig rechtmatig in Nederland verblijft, in dit geval bijna vijftig jaar, maakt verblijfsbeëindiging om redenen van openbare orde niet reeds daarom disproportioneel. Artikel 8 van het EVRM eist een individuele belangenafweging en zwaarwegende redenen voor verblijfsbeëindiging. Daaraan is in dit geval voldaan.
Uitspraak
Uitspraak op de hoger beroepen van: 1) de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en 2) [de vreemdeling], appellanten, tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, van 15 november 2019 in zaak nr. 19/1051 in het geding tussen: [de vreemdeling] en de staatssecretaris.
Procesverloop
Bij besluit van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.