Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling visserij
Artikel 35
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2022
- Bronpublicatie:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18634 (uitgifte: 19-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22059660)
- Inwerkingtreding
01-10-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-07-2022, Stcrt. 2022, 18634 (uitgifte: 19-07-2022, regelingnummer: WJZ/ 22059660)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Dierenrecht / Algemeen
1.
Een vergunning als bedoeld in artikel 33, wordt niet verleend voor:
- a.
het vissen in het gebied, genoemd in bijlage 3;
- b.
het vissen met vistuigen geschikt voor het vangen van schelpdieren in de gebieden, genoemd in de bijlagen 3, 3a en 5, en
- c.
het vissen met vistuigen, geschikt voor het vangen van garnalen in de gebieden, genoemd in de bijlagen 3a, 6 en 6a.
2.
In afwijking van het eerste lid, aanhef en onderdeel b, kan wel een vergunning worden verleend voor het zonder mechanische hulpmiddelen vissen op kokkels in de gebieden, genoemd in bijlage 5a.