RvdW 2012/724
Perspublicatie particulier over handelingen politicus in privésfeer onrechtmatig?; botsing recht op vrijheid van meningsuiting en recht op eer en goede naam; maatstaf; afweging alle relevante omstandigheden; vereiste voldoende feitelijke onderbouwing.
HR 11-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV1031
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 mei 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, J.C. van Oven, W.D.H. Asser, M.A. Loth, G. Snijders
- Zaaknummer
10/04884
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- LJN
BV1031
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV1031, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV1031, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑05‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑10‑2010
- Wetingang
EVRM art. 10; BW art. 6:162
Essentie
Perspublicatie particulier over handelingen politicus in privésfeer onrechtmatig?; botsing recht op vrijheid van meningsuiting en recht op eer en goede naam; maatstaf; afweging alle relevante omstandigheden; vereiste voldoende feitelijke onderbouwing.
Falende klacht dat ’s hofs overweging – inhoudende dat indien de gewraakte uitlatingen strafbare feiten of andere laakbare gedragingen betreffen, die uitlatingen alleen in het openbaar geuit mogen worden indien zij kunnen worden onderbouwd met feitelijke gedragingen die inderdaad als strafbaar feit dan wel laakbare gedragingen kunnen worden gekwalificeerd - een verdergaande beperking van de vrijheid van meningsuiting inhoudt dan tot uitdrukking is gebracht in HR 24 juni ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.