NJB 2018/656
Ontneming van voordeel dat is verkregen uit een feit waarvan de betrokkene is vrijgesproken: in casu heeft het Hof bij de beoordeling van de ontnemingsvordering ten onrechte het aan die vrijspraak gerelateerde voordeel betrokken (vgl. EHRM Geerings/Nederland). De omstandigheid dat het hier kennelijk gaat om een zogenoemde technische vrijspraak, leidt niet tot een ander oordeel
HR 13-03-2018, ECLI:NL:HR:2018:341
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 maart 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
16/05326 P
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:341, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑03‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1589, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑12‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑01‑2017
- Wetingang
(art. 36e Sr)
Essentie
Ontneming van voordeel dat is verkregen uit een feit waarvan de betrokkene is vrijgesproken: in casu heeft het Hof bij de beoordeling van de ontnemingsvordering ten onrechte het aan die vrijspraak gerelateerde voordeel betrokken (vgl. EHRM Geerings/Nederland). De omstandigheid dat het hier kennelijk gaat om een zogenoemde technische vrijspraak, leidt niet tot een ander oordeel
Uitspraak
Inleiding:
Ontnemingsprocedure. Bij arrest van 7 november 2013 is de veroordeelde in de aan deze ontnemingszaak ten grondslag liggende strafzaak veroordeeld voor het ‘opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.