Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/59/EU betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen
Artikel 25 Recht van bevoegde autoriteiten om bezwaar aan te tekenen
Geldend
Geldend vanaf 02-07-2014
- Bronpublicatie:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/59/EU)
- Inwerkingtreding
02-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/59/EU)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Voordat er op grond van een overeenkomst voor het verlenen van financiële steun binnen de groep steun wordt verstrekt, brengt het leidinggevend orgaan van een groepsentiteit die voornemens is financiële steun te verlenen, dit ter kennis van:
- a)
haar bevoegde autoriteit;
- b)
in voorkomend geval, de consoliderende toezichthouder, indien deze niet een van de onder a) en c) bedoelde autoriteiten is;
- c)
de bevoegde autoriteit van de groepsentiteit die de steun ontvangt, indien deze niet een van de onder a) en b) bedoelde autoriteiten is; en
- d)
de EBA.
De kennisgeving omvat het gemotiveerde besluit van het leidinggevend orgaan overeenkomstig artikel 24 en nadere gegevens over de voorgenomen financiële steun, samen met een exemplaar van de overeenkomst voor het verlenen van financiële steun binnen de groep.
2.
Binnen vijf werkdagen na de datum van ontvangst van een volledige kennisgeving kan de bevoegde autoriteit van de groepsentiteit die financiële steun verleent de verlening van financiële steun goedkeuren, dan wel verbieden of beperken indien zij oordeelt dat niet aan de bij artikel 23 vastgestelde voorwaarden voor het verlenen van financiële steun binnen de groep is voldaan. Een besluit van de bevoegde autoriteit om de financiële steun te verbieden of beperken, wordt gemotiveerd.
3.
Een besluit van de bevoegde autoriteit om de financiële steun goed te keuren, te verbieden of beperken, wordt onmiddellijk ter kennis gebracht van:
- a)
de consoliderende toezichthouder;
- b)
de bevoegde autoriteit van de groepsentiteit die de steun ontvangt; en
- c)
de EBA.
De consoliderende toezichthouder stelt onmiddellijk de andere leden van het toezichtcollege en de leden van het afwikkelingscollege in kennis.
4.
Indien de consoliderende toezichthouder of de bevoegde autoriteit die verantwoordelijk is voor de groepsentiteit die de steun ontvangt, bezwaren heeft met betrekking tot het besluit om de financiële steun te verbieden of beperken, kan deze de zaak binnen twee dagen aan de EBA voorleggen en haar overeenkomstig artikel 31 van Verordening (EU) nr. 1093/2010 om hulp vragen.
5.
Indien de bevoegde autoriteit de financiële steun niet binnen de in lid 2 genoemde termijn verbiedt of beperkt, of die steun voor het einde van die termijn heeft goedgekeurd, kan er financiële steun worden verleend in overeenstemming met de voorwaarden die aan de bevoegde autoriteit zijn voorgelegd.
6.
Het besluit van het leidinggevend orgaan van de instelling om financiële steun te verlenen, wordt toegezonden aan:
- a)
de bevoegde autoriteit;
- b)
in voorkomend geval, de consoliderende toezichthouder, indien deze niet een van de onder a) en c) bedoelde autoriteiten is;
- c)
de bevoegde autoriteit van de groepsentiteit die de steun ontvangt, indien deze niet een van de onder a) en b) bedoelde autoriteiten is; en
- d)
de EBA.
De consoliderende toezichthouder stelt onmiddellijk de andere leden van het toezichtcollege en de leden van het afwikkelingscollege in kennis.
7.
Indien de bevoegde autoriteit de financiële steun van de groep overeenkomstig lid 2 van dit artikel beperkt of verbiedt en indien het groepsherstelplan overeenkomstig artikel 7, lid 5, financiële steun binnen de groep vermeldt, kan de bevoegde autoriteit van de groepsentiteit ten aanzien waarvan de steun wordt beperkt of verboden, de consoliderende toezichthouder verzoeken overeenkomstig artikel 8 het initiatief te nemen tot een herbeoordeling van het groepsafwikkelingsplan of, indien er een herstelplan op individuele basis is opgesteld, de groepsentiteit verzoeken een herzien herstelplan in te dienen.