Wet behoud scheepsruimte 1939
Artikel 11
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1939
- Bronpublicatie:
24-06-1939, Stb. 1939, 636 (uitgifte: 30-06-1939, kamerstukken: 273 )
- Inwerkingtreding
01-07-1939
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-1939, Stb. 1939, 636 (uitgifte: 30-06-1939, kamerstukken: 273 )
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Binnenvaart
1.
De tijdstippen van inwerkingtreding dezer wet worden telkens door Ons bij besluit bepaald.
2.
Het besluit wordt in het Staatsblad en in de Nederlandsche Staatscourant geplaatst. Het treedt in werking met ingang van den dag der afkondiging in het Staatsblad, tenzij bij het besluit een later tijdstip is bepaald.
3.
Na de afkondiging van een besluit bepalende een tijdstip van inwerkingtreding dezer wet wordt binnen veertien dagen een voorstel aan de Staten-Generaal gedaan om het besluit bij de wet te bekrachtigen. Het voorstel vermeldt tevens den tijdsduur, waarvoor de wet ten hoogste in werking zal zijn. Indien het voorstel wordt ingetrokken of door een van beide Kamers der Staten-Generaal verworpen, wordt het besluit terstond ingetrokken.
4.
Wij behouden Ons de bevoegdheid voor ten allen tijde de buitenwerkingtreding der wet bij besluit te bepalen. Het bepaalde in het tweede lid is hierop van toepassing.
5.
In afwijking van het in lid 1 omtrent de inwerkingtreding bepaalde, treedt deze wet voor de eerste maal in werking met ingang van den dag volgende op dien harer afkondiging voor den tijd van ten hoogste een jaar.