Einde inhoudsopgave
Besluit (EU, Euratom) 2015/443 betreffende veiligheid binnen de Commissie
Artikel 12 Veiligheidsmaatregelen met betrekking tot personen en objecten
Geldend
Geldend vanaf 18-03-2015
- Bronpublicatie:
13-03-2015, PbEU 2015, L 72 (uitgifte: 17-03-2015, regelingnummer: 2015/443)
- Inwerkingtreding
18-03-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-03-2015, PbEU 2015, L 72 (uitgifte: 17-03-2015, regelingnummer: 2015/443)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Informatierecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Om de veiligheid binnen de Commissie te garanderen en risico's te voorkomen en te beheersen, kan personeel dat overeenkomstig artikel 5 is gemandateerd, overeenkomstig de beginselen als uiteengezet in artikel 3, onder meer een of meer van de volgende veiligheidsmaatregelen nemen:
- a)
het beveiligen van locaties en bewijsmateriaal, met inbegrip van logbestanden van de controle op binnenkomst en vertrek en videobewakingsbeelden (van gesloten televisiecircuits), in het geval van incidenten of gedragingen die kunnen leiden tot administratieve, disciplinaire, civiele of strafrechtelijke procedures;
- b)
beperkte maatregelen ten aanzien van personen die een bedreiging vormen voor de veiligheid, onder meer: hun het bevel geven de gebouwen van de Commissie te verlaten, hen escorteren tot buiten de gebouwen van de Commissie, hun de toegang tot de gebouwen van de Commissie voor een bepaalde periode ontzeggen, dit laatste overeenkomstig de criteria van de uitvoeringsbepalingen;
- c)
beperkte maatregelen betreffende objecten die een bedreiging vormen voor de veiligheid, met inbegrip van het weghalen, in beslag nemen en vernietigen ervan;
- d)
het doorzoeken van de gebouwen van de Commissie, met inbegrip van kantoren;
- e)
het doorzoeken van CIS en apparatuur, van telefoon- en telecommunicatieverkeersgegevens, logbestanden, gebruikersaccounts, enz.;
- f)
andere specifieke veiligheidsmaatregelen met vergelijkbaar effect ter voorkoming of ter beheersing van veiligheidsrisico's, meer bepaald in de context van de rechten van de Commissie als beheerder van het gebouw of als werkgever overeenkomstig de toepasselijke nationale wetgeving.
2.
In uitzonderlijke omstandigheden kunnen personeelsleden van het directoraat Veiligheid van het directoraat-generaal Personele Middelen en Veiligheid, gemandateerd overeenkomstig artikel 5, alle noodzakelijke dringende maatregelen nemen, strikt overeenkomstig de beginselen van artikel 3. Zodra zij deze maatregelen hebben genomen, stellen zij de directeur van het directoraat Veiligheid daarvan in kennis; deze verzoekt vervolgens om het passende mandaat van de directeur-generaal Personele Middelen en Veiligheid, bevestigt de getroffen maatregelen en staat alle verdere noodzakelijke acties toe, waar passend in overleg met de bevoegde nationale autoriteiten.
3.
De veiligheidsmaatregelen krachtens dit artikel worden gedocumenteerd op het ogenblik dat zij worden genomen of, in het geval van een onmiddellijk risico of een crisissituatie, binnen een redelijke termijn nadat zij werden genomen. In dit laatste geval moet de documentatie eveneens de elementen omvatten waarop de evaluatie was gebaseerd die leidde tot de vaststelling van een onmiddellijk risico of een crisissituatie. De documentatie kan beknopt zijn, maar zij moet zo zijn opgesteld dat de persoon die het voorwerp is van de maatregel, in staat wordt gesteld zijn recht van verweer en dat van de bescherming van persoonsgegevens overeenkomstig Verordening (EG) nr. 45/2001 te doen gelden, en een onderzoek naar de wettelijkheid van de maatregel mogelijk is. Informatie over specifieke veiligheidsmaatregelen ten aanzien van een personeelslid mag niet worden opgenomen in het persoonlijke dossier van de betrokkene.
4.
Bij het nemen van de veiligheidsmaatregelen uit hoofde van punt b), garandeert de Commissie tevens dat de betrokkene de kans krijgt contact op te nemen met een advocaat of een vertrouwenspersoon en in kennis wordt gesteld van zijn recht om in beroep te gaan bij de Europese Toezichthouder voor gegevensbescherming.