RAR 2013/49
Overgang van concessie. Wanneer is sprake van niet-herleidbaar personeel in de zin van art. 37 lid 4 Wpv 2000?
HR 08-06-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW0246 (In 't Groen c.s./Veolia c.s.)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 juni 2012
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, F.B. Bakels, M.A. Loth, G. Snijders
- Zaaknummer
11/02951
- Conclusie
wnd. A-G mr. A. Hammerstein
- LJN
BW0246
- Roepnaam
In 't Groen c.s./Veolia c.s.
- JCDI
JCDI:ADS913364:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BW0246, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑06‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BW0246, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑03‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑06‑2011
- Wetingang
Essentie
Overgang van personeel. Overgang van concessie. Bedrijfseconomische opzeggingsreden.
Wanneer is sprake van niet-herleidbaar personeel in de zin van art. 37 lid 4 Wpv 2000?
Samenvatting
Werkgever verzorgt het openbaar busvervoer in de concessie Veluwe. In juli 2010 verliest zij deze concessie aan vervoersmaatschappij Syntus B.V. Op basis van de Wet personenvervoer 2000 (‘Wpv’) stelt werkgever transferlijsten op van het personeel dat met de concessie overgaat naar Syntus. Transferlijsten A en B bevatten respectievelijk personeel dat is aan te merken als ‘direct’, en ‘herleidbaar indirect’. Op transferlijst C staan de medewerkers die door werkgever ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.