NJB 2014/1432

Vervoerovereenkomst. Bijzondere verjaringstermijn. Bij een zeilevenement loopt een opvarende letsel op bij een gijp. Zij spreekt de schipper aan, primair op de grond dat hij als schipper aansprakelijk is, subsidiair op de grond dat hij als vervoerder aansprakelijk is. HR: De wet bevat regelingen inzake de aansprakelijkheid van de vervoerder bij letsel van de reiziger. De reiziger kan op die regelingen stoelende vorderingen jegens de vervoerder instellen, ongeacht of hij partij is bij de vervoerovereenkomst. De verjaring van de subsidiaire vordering is geregeld in art. 8:1751 BW (rechtsvordering jegens vervoerder; verjaringstermijn van drie jaren); art. 8:1780 BW (rechtsvordering jegens schipper; verjaringstermijn van twee jaren) is daarop niet van toepassing