Gst. 2019/44
Toepassing relativiteitsvereiste artikel 8:69a Awb bij strijd met bepalingen Bouwbesluit 2012
ABRvS 03-10-2018, ECLI:NL:RVS:2018:3206, m.nt. L.W. Feenstra
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
3 oktober 2018
- Magistraten
Mrs. G.M.H. Hoogvliet, F.D. van Heijningen en E.J. Daalder
- Zaaknummer
201801460/1/A1
- Noot
L.W. Feenstra
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS22322:1
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2018:3206, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 03‑10‑2018
- Wetingang
(Art. 8:69a Awb)
Essentie
Toepassing relativiteitsvereiste artikel 8:69a Awb bij strijd met bepalingen Bouwbesluit 2012
Samenvatting
De betogen van appellant over de door hem gestelde overtredingen van het Bouwbesluit 2012 met betrekking tot spuivoorzieningen, daglicht, ventilatie, rookgasafvoer en isolatie, zijn terecht onbesproken gelaten omdat de beroepsgronden van appellant daarover niet kunnen leiden tot vernietiging van het bestreden besluit. De rechtsregels waarop appellant een beroep doet, strekken kennelijk niet tot de bescherming van zijn belangen, nu hij geen bewoner of gebruiker is van het pand. Ook de eisen die in het Besluit uniforme saneringen aan bodemsaneringen worden gesteld, strekken niet tot bescherming van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.