Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 552f [Afzonderlijke beschikking tot onttrekking aan het verkeer]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1994
- Bronpublicatie:
08-11-1993, Stb. 1993, 591 (uitgifte: 23-11-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22584 Overheid.nl: 22584)
- Inwerkingtreding
01-01-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-1993, Stb. 1993, 591 (uitgifte: 23-11-1993, kamerstukken: Staten-Generaal Digitaal: 22584Overheid.nl: 22584)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
1.
Bevoegd tot het geven van beschikkingen als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, onder 4°, van het Wetboek van Strafrecht is het gerecht waarvoor de zaak in eerste aanleg zal worden vervolgd, is vervolgd of had kunnen worden vervolgd.
2.
De beschikking wordt niet gegeven dan op een met redenen omklede vordering van de officier van justitie.
3.
Is bekend aan wie de voorwerpen toebehoren waarvan de onttrekking aan het verkeer wordt gevorderd, dan wordt hem een afschrift van de vordering betekend.
4.
De behandeling van de vordering door de raadkamer vindt plaats in het openbaar.
5.
De beschikking wordt onverwijld aan de belanghebbende, zo deze bekend is, betekend.
6.
De officier van justitie kan binnen veertien dagen na dagtekening van de beschikking beroep in cassatie instellen en de belanghebbende binnen veertien dagen na de betekening.
7.
De belanghebbende die beroep in cassatie heeft ingesteld of ingevolge het vierde lid van dit artikel is gehoord, kan geen beklag doen overeenkomstig artikel 552b.