AB 2017/244
Relativiteitsvereiste. Relativiteit uitvoerbaarheid bestemmingsplan. Omwonende.
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
2 november 2016
- Magistraten
Mrs. B.J. van Ettekoven, S.J.E. Horstink-von Meyenfeldt, E.J. Daalder
- Zaaknummer
201601363/1/R4
- Noot
A.J. Metselaar
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS926852:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Ruimtelijke ordening
Mededingingsrecht / EU-mededingingsrecht
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2016:2892, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 02‑11‑2016
- Wetingang
Art. 8:69a Awb; art. 3.1.6 lid 1 Bro; art. 108 lid 3 VWEU
Essentie
Omwonenden, niet zijnde concurrenten, kunnen aan hun betoog dat een bestemmingsplan niet uitvoerbaar is niet een schending van de staatssteunregels ten grondslag leggen.
Samenvatting
De raad wil een bestaand parkeerterrein in het centrum van Hollum vergroten en het aantal parkeerplaatsen uitbreiden. Hiermee beoogt hij een bestaand parkeerprobleem te verhelpen. Het parkeerterrein wordt vooral gebruikt door klanten van Coöp supermarkt en is openbaar toegankelijk. Appellant en anderen wonen en/of hebben eigendommen in de directe omgeving van het plangebied.
Appellant en anderen betogen onder meer dat de financiële uitvoerbaarheid van het plan niet vaststaat vanwege de gesteld ongeoorloofde staatssteun ...