NJB 2020/2906:Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Voordat de geldigheidsduur van een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel is verstreken, neemt de burgemeester een tweede crisismaatregel met aanvullende vormen van verplichte zorg. De rechtbank laat dat toe. Hoge Raad: 1. Leemte in de wet. De rechtbank heeft voorzien in een inmiddels door de wetgever gevulde leemte in de wet. Haar oordeel getuigt, gelet op het destijds bestaande stelsel van de Wvggz, niet van een onjuiste rechtsopvatting. 2. Afschrift van de beslissing. Tijdige rechtsbijstand. Niet-naleving van deze verplichtingen tast de rechtmatigheid van een crisismaatregel niet aan. Indien een van deze verplichtingen niet in acht is genomen, kan schadevergoeding worden toegekend

NJB 2020/2906

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Voordat de geldigheidsduur van een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel is verstreken, neemt de burgemeester een tweede crisismaatregel met aanvullende vormen van verplichte zorg. De rechtbank laat dat toe. Hoge Raad: 1. Leemte in de wet. De rechtbank heeft voorzien in een inmiddels door de wetgever gevulde leemte in de wet. Haar oordeel getuigt, gelet op het destijds bestaande stelsel van de Wvggz, niet van een onjuiste rechtsopvatting. 2. Afschrift van de beslissing. Tijdige rechtsbijstand. Niet-naleving van deze verplichtingen tast de rechtmatigheid van een crisismaatregel niet aan. Indien een van deze verplichtingen niet in acht is genomen, kan schadevergoeding worden toegekend

Documentgegevens:

HR 20-11-2020, ECLI:NL:HR:2020:1807

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 20 november 2020
Magistraten: Mrs. M.V. Polak, G. Snijders, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
Zaaknummer: 20/01636
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Civiel recht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2020:1807, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑11‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:788, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑09‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑05‑2020
Wetingang: (art. 7:1 lid 1, art. 7:8, 7:2 lid 2 en 3, art. 10:12 lid 1 Wvggz)

Essentie

Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Voordat de geldigheidsduur van een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel is verstreken, neemt de burgemeester een tweede crisismaatregel met aanvullende vormen van verplichte zorg. De rechtbank laat dat toe. Hoge Raad: 1. Leemte in de wet. De rechtbank heeft voorzien in een inmiddels door de wetgever gevulde leemte in de wet. Haar oordeel getuigt, gelet op het destijds bestaande stelsel van de Wvggz, niet van een onjuiste rechtsopvatting. 2. Afschrift van de beslissing. Tijdige rechtsbijstand. Niet-naleving van deze verplichtingen tast de rechtmatigheid van een crisismaatregel niet aan. Indien een van deze ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.