Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 357
EHRM, 31-01-2006, nr. 50252/99
EHRM 31-01-2006, ECLI:NL:XX:2006:AV3567
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
31 januari 2006
- Magistraten
Mrs. Costa, Baka, Bîrsan, Jungwiert, Butkevych, Thomassen, Mularoni
- Zaaknummer
50252/99
- LJN
AV3567
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2006:AV3567, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 31‑01‑2006
- Wetingang
EVRM art. 8
Essentie
Sezen tegen Nederland.
Schending art. 8.
De aanvraag verlenging verblijfsvergunning van klager, die vanuit Turkije op 23 jarige leeftijd naar Nederland is gekomen en sinds 1989 in Nederland woont, wordt in 1997 afgewezen omdat hij en zijn echtgenote gedurende een periode van 7 maanden niet hebben samengewoond. Voor een individuele, van zijn echtgenote onafhankelijke, verblijfsvergunning komt klager niet in aanmerking vanwege een veroordeling in 1993 tot vier jaar gevangenisstraf wegens lidmaatschap criminele organisatie en bezit van 52 kilo heroïne.
Schending art. 8. Gelet op de bijzondere omstandigheden van dit geval heeft de Staat geen eerlijke belangenafweging gemaakt tussen het belang ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.