V-N 2021/46.18
Civiele rechter kan ontvanger volgens A-G niet dwingen tot ambtshalve vermindering betekeningskosten
HR (A-G) 24-09-2021, ECLI:NL:PHR:2021:866, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
24 september 2021
- Zaaknummer
20/02479
- Conclusie
A-G Assink
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS392487:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
Invordering / Dwanginvordering
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:686, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑05‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:866, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑12‑2020
- Wetingang
Essentie
A-G Assink is van mening dat het hof bij de marginale toetsing terecht heeft meegewogen dat de betreffende BTW-schuld ontstond door de sale-and-lease-back-transactie van een aantal havenkranen, waarbij de ontvangen BTW bewust is gebruikt voor het voldoen van andere schulden.
Samenvatting
X1 bv, Container Company Amsterdam bv en X2 bv maken met vijf andere vennootschappen (vier bv’s en een vof) deel uit van een fiscale eenheid die een BTW-schuld van € 1.010.215 niet tijdig heeft voldaan door met name een sale-and-lease-back-transactie van havenkranen. De ontvanger heeft daarom in 2013 aan elke vennootschap een afzonderlijk dwangbevel doen betekenen, waarbij steeds ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.