RFR 2021/32
Huwelijksvermogensrecht. Vaststellingsovereenkomst. Onder welke omstandigheden kan een echtscheidingsconvenant worden vernietigd wegens bedrog? Is partiële vernietiging van een echtscheidingsconvenant mogelijk?
HR 16-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1632
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
19/02373
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS255528:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Verbintenissenrecht (V)
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1632, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:487, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑05‑2020
- Wetingang
Essentie
Huwelijksvermogensrecht. Vaststellingsovereenkomst.
Onder welke omstandigheden kan een echtscheidingsconvenant worden vernietigd wegens bedrog? Is partiële vernietiging van een echtscheidingsconvenant mogelijk?
Samenvatting
Partijen zijn vanaf 8 mei 1999 met elkaar gehuwd geweest in gemeenschap van goederen. In december 2012 zijn partijen feitelijk uiteengegaan. Na vanaf medio 2013 over verschillende concept-convenanten te hebben onderhandeld, hebben partijen op 18 maart 2014 een echtscheidingsconvenant ondertekend. Daarin zijn zij als peildatum voor de samenstelling en omvang van de gemeenschap 31 december 2012 overeengekomen. De man hield ten tijde van het huwelijk 100% van de aandelen in zijn B.V. Deze aandelen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.