Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 3.30 Procedure afnemen centraal examen door college in tweede en derde tijdvak
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
14-10-2021, Stb. 2021, 521 (uitgifte: 05-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2021, Stb. 2022, 13 (uitgifte: 11-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
Indien een examenkandidaat gebruik wil maken van de gelegenheid, bedoeld in artikel 3.29, tweede lid, meldt hij dit zo spoedig mogelijk aan de rector of directeur.
2.
De rector of directeur deelt voorafgaande aan het tweede of het derde tijdvak aan het college mee welke examenkandidaten het centraal examen in deze tijdvakken ten overstaan van het college zullen afleggen en in welke vakken.
3.
Indien voor een examenkandidaat toepassing is gegeven aan de artikelen 3.54 of 3.55, deelt de rector of directeur dit mee aan het college, onder vermelding van de toepassing.
4.
De examenkandidaat levert de opgaven, de door hem gemaakte aantekeningen en andere door hem gemaakte stukken in bij een van degenen die toezicht houden. Het college bepaalt in welke gevallen wordt afgeweken van de eerste volzin en in welke gevallen en op welk tijdstip de opgaven, de aantekeningen en de andere stukken, bedoeld in die volzin, aan de examenkandidaat worden teruggegeven.
5.
Het college deelt het door de examenkandidaat behaalde cijfer voor het centraal examen aan de rector of directeur mee.
6.
Indien sprake is van een centraal eindexamen met geheime opgaven, kan de examenkandidaat over zijn werk gedurende een periode van zes maanden na de mededeling, bedoeld in het vijfde lid, inlichtingen inwinnen bij het college.