Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsbesluit WVO 2020
Artikel 3.21 Beoordeling centraal examen door examinator
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2022
- Bronpublicatie:
14-10-2021, Stb. 2021, 521 (uitgifte: 05-11-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-12-2021, Stb. 2022, 13 (uitgifte: 11-01-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Onderwijsrecht / Voortgezet onderwijs
1.
De rector of directeur doet aan de examinator in een vak toekomen:
- a.
het gemaakte werk van het centraal examen;
- b.
een exemplaar van de opgaven;
- c.
de beoordelingsnormen; en
- d.
het proces-verbaal van het examen.
2.
De examinator beoordeelt het werk zo spoedig mogelijk en past daarbij de beoordelingsnormen, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van de Wet College voor toetsen en examens toe.
3.
De examinator drukt zijn beoordeling uit in de score, bedoeld in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van de Wet College voor toetsen en examens.
4.
De examinator zendt de score en het beoordeelde werk aan de rector of directeur.
5.
Bij digitale examinering met gebruikmaking van de daartoe door het college beschikbaar gestelde programmatuur worden de handelingen, bedoeld in dit artikel, digitaal verricht, uitgezonderd de handelingen die betrekking hebben op het proces-verbaal.
6.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld over de beoordeling van het centraal examen door de examinator.