Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004
Artikel 2 Voorwaarden medewerking totstandkoming g-rekeningovereenkomst
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2006
- Redactionele toelichting
Voor 01-01-2006 gesloten G-rekeningovereenkomsten die voldoen aan de bepalingen van deze regeling, zoals die luidde voor 01-01-2006, blijven ook nadien van kracht.
- Bronpublicatie:
12-12-2005, Stcrt. 2005, 251 (uitgifte: 01-01-2005, regelingnummer: DDB2005/0062M)
- Inwerkingtreding
01-01-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
12-12-2005, Stcrt. 2005, 251 (uitgifte: 01-01-2005, regelingnummer: DDB2005/0062M)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Sociale zekerheid
Invordering / Aansprakelijkheid
Invordering / Verhaalsrecht
Bestuursrecht algemeen / Besluit (algemeen)
Invordering (V)
Loonbelasting (V)
1.
De ontvanger verleent zijn medewerking aan de totstandkoming van een een[lees: een] g-rekeningovereenkomst op schriftelijk verzoek van:
- a.
de ondernemer die zijn bedrijf maakt van het in aanneming of in onderaanneming verrichten van werk als bedoeld in artikel 35a van de Invorderingswet;
- b.
de ondernemer die zijn bedrijf maakt van het in onderaanneming verrichten van werk en inhoudingsplichtige is in de zin van de Wet op de loonbelasting 1964;
- c.
de uitlener die zijn bedrijf uitsluitend of nagenoeg uitsluitend maakt van het tegen vergoeding uitlenen van personeel;
- d.
de doorlener, bedoeld in artikel 34, tweede lid, van de Invorderingswet;
- e.
degene die op korte termijn de hoedanigheid zal verwerven van ondernemer als bedoeld in de onderdelen a of b, uitlener als bedoeld in onderdeel c of doorlener als bedoeld in onderdeel d;
- f.
de ondernemer die zijn bedrijf maakt van het opleiden van leerlingen die bij hem dienst[lees: hem in dienst] zijn en die deze leerlingen in het kader van hun opleiding tegen vergoeding uitleent.
2.
De ontvanger verleent voorts zijn medewerking aan het tot stand komen van een g-rekeningovereenkomst op schriftelijk verzoek van de entiteit die een samenwerkingsverband vormt of op korte termijn zal vormen van ondernemers als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, mits iedere van dit samenwerkingsverband deel uitmakende ondernemer reeds afzonderlijk een g-rekeningovereenkomst is aangegaan.