O&A 2019/33
Onrechtmatige overheidsdaad, enkele schending fundamenteel recht onvoldoende voor aanspraak op smartengeld.
HR 15-03-2019, ECLI:NL:HR:2019:376
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
15 maart 2019
- Zaaknummer
17/04668
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Penitentiair recht (V)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:376, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑03‑2019
ECLI:NL:PHR:2018:1295, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑12‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑10‑2017
- Wetingang
Art. 6:106 BW
Essentie
Onrechtmatige overheidsdaad, enkele schending fundamenteel recht onvoldoende voor aanspraak op smartengeld.
Partij(en)
X/Staat
Uitspraak
Eiser is een gedetineerde die is veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. De Raad voor de Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) heeft geoordeeld dat hij 350 dagen ten onrechte in de EBI heeft gezeten. Hiermee staat vast dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld jegens eiser. De RSJ heeft aan eiser een forfaitaire financiële tegemoetkoming van € 1.375 toegekend voor het verblijf in het te zware ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.