NJ 2014/221
Onteigening. Vaststelling schadeloosstelling. Onteigening van gronden mede ten behoeve van winning bodembestanddelen; eliminatieregel art. 40c Ow. Keuzevrijheid rechter waarderingsmethode; vergelijkingsmethode en residuele methode; residuele methode en aansluiting bij exploitatiebegroting van met het werk vergelijkbare projecten. ‘Premie uit handen breken’; vereisten.
HR 04-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:843, m.nt. P.C.E. van Wijmen
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 oktober 2013
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, M.A. Loth, G. de Groot, M.V. Polak
- Zaaknummer
12/03746
- Conclusie
wnd. A-G mr. J.C. van Oven
- Noot
P.C.E. van Wijmen
- JCDI
JCDI:ADS72755:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:843, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑10‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑07‑2012
- Wetingang
Essentie
Onteigening. Vaststelling schadeloosstelling. Onteigening van gronden mede ten behoeve van winning bodembestanddelen; eliminatieregel art. 40c Ow. Keuzevrijheid rechter waarderingsmethode; vergelijkingsmethode en residuele methode; residuele methode en aansluiting bij exploitatiebegroting van met het werk vergelijkbare projecten. ‘Premie uit handen breken’; vereisten.
Weliswaar schrijft de eliminatieregel van art. 40c Ow voor dat bij het bepalen van de schadeloosstelling wegens verlies van een onroerende zaak geen rekening wordt gehouden met voordelen of nadelen teweeggebracht door — onder meer — het werk waarvoor onteigend wordt, maar deze regel staat niet eraan in de weg dat bij de vaststelling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.