BNB 2014/98
Onzakelijke lening. Aandeelhouderschap vloeit voort uit verstrekking geldlening. Verlies op borgtocht aangegaan uit aandeelhoudersmotieven niet aftrekbaar
HR 28-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:417, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 februari 2014
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Bavinck, Van Loon, Koopman, Van Kalmthout
- Zaaknummer
12/03526
- Noot
P.G.H. Albert
- JCDI
JCDI:ADS917514:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:417, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑02‑2014
- Wetingang
Art. 8 en 13ca Wet VPB 1969; art. 3.25 Wet IB 2001; art. 25 lid 3 en art. 27e AWR
Essentie
Onzakelijke lening. Aandeelhouderschap vloeit voort uit verstrekking geldlening. Verlies op borgtocht aangegaan uit aandeelhoudersmotieven niet aftrekbaar
Samenvatting
Belanghebbende (X Beheer BV) investeert en participeert in ondernemingen met de bedoeling de verworven aandelenbelangen met winst te verkopen. Zij is onder meer enig aandeelhouder van C BV. Op 12 februari 2001 zijn belanghebbende en C BV een participatieovereenkomst aangegaan met diverse partijen, ter financiering van een participatie in onder meer D BV. Overeengekomen is dat C BV alle aandelen in D verkrijgt. In het kader van deze participatie is overeengekomen dat door belanghebbende aan D een lening wordt verstrekt van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.