BNB 2012/253
Het op de voorgeschreven wijze bekendmaken van een aanslag is geen voorwaarde voor de totstandkoming daarvan
HR 29-06-2012, ECLI:NL:HR:2012:BW0194, m.nt. P.J. van Amersfoort
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
29 juni 2012
- Magistraten
Mrs. Van den Berge, Schaap, Feteris, Koopman, Groeneveld
- Zaaknummer
11/03759
- Conclusie
A-G IJzerman
- Noot
P.J. van Amersfoort
- LJN
BW0194
- JCDI
JCDI:ADS627575:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Belastingen van lagere overheden (V)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BW0194, Uitspraak, Hoge Raad, 29‑06‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BW0194, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 02‑03‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑09‑2011
- Wetingang
Art. 5 AWR; art. 3:40, art. 3:41 en art. 6:10 lid 1 onderdeel a Awb
Essentie
Het op de voorgeschreven wijze bekendmaken van een aanslag is geen voorwaarde voor de totstandkoming daarvan
Samenvatting
Aan belanghebbende is een aanslagbiljet inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 2005 opgelegd. Het aanslagbiljet is in 2008 verzonden naar een adres waar belanghebbende inmiddels niet meer woonde, en door de Inspecteur als onbestelbaar retour ontvangen. Een half jaar later is aan belanghebbende een dwangbevel betekend in verband met een betalingsachterstand ten aanzien van de aanslag. Naar aanleiding daarvan heeft belanghebbende bezwaar gemaakt tegen de aanslag. Aan de orde is of het bezwaar niet-ontvankelijk is wegens termijnoverschrijding. Het Hof heeft geoordeeld dat de aanslag niet is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.