Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011
Artikel 3.8 Bepaling waarde voorzieningen op de werkplek (lager dan waarde in het economische verkeer of factuurwaarde)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
15-12-2023, Stcrt. 2023, 34571 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-0000275008)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-12-2023, Stcrt. 2023, 34571 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-0000275008)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Loon
De waarde van de volgende voorzieningen die op de werkplek gebruikt of verbruikt worden, wordt gesteld op de daarbij vermelde bedragen:
- a.
maaltijden: de waarde wordt gesteld op € 3,90;
- b.
huisvesting en inwoning, anders dan de ter behoorlijke vervulling van de dienstbetrekking ter beschikking gestelde woning, met inbegrip van — indien mede verstrekt — het genot van energie, water en bewassing: de waarde wordt gesteld € 6,70 per dag;
- c.
door de inhoudingsplichtige verrichte kinderopvang waarvoor aanspraak op een kinderopvangtoeslag onderscheidenlijk aanspraak op een tegemoetkoming kan ontstaan op de voet van artikel 1.5 van de Wet kinderopvang: de waarde wordt gesteld op het aantal uren genoten kinderopvang maal de uurprijs vastgesteld krachtens artikel 1.7, tweede lid, van de Wet kinderopvang.