RvdW 2022/917
Huwelijksvermogensrecht. Afrekening finaal verrekenbeding alsof algehele gemeenschap van goederen heeft bestaan (‘alsof’-beding); peildatum (art. 1:142 BW). Vergoedingsrechten (art. 1:95 lid 2 en 1:96 lid 4 BW) overeengekomen?; uitleg huwelijkse voorwaarden.
HR 07-10-2022, ECLI:NL:HR:2022:1389
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 oktober 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide, F.R. Salomons
- Zaaknummer
21/00518
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1389, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑10‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:34, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑01‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑02‑2021
- Wetingang
Essentie
Huwelijksvermogensrecht. Afrekening finaal verrekenbeding alsof algehele gemeenschap van goederen heeft bestaan (‘alsof’-beding); peildatum (art. 1:142 BW). Vergoedingsrechten (art. 1:95 lid 2 en 1:96 lid 4 BW) overeengekomen?; uitleg huwelijkse voorwaarden.
Samenvatting
Art. 1:133 lid 2, tweede zin, art. 1:135 en art. 1:142 BW brengen mee dat goederen van een echtgenoot die deze voorafgaand of tijdens het huwelijk krachtens erfrecht of schenking heeft verkregen of die voor zodanige goederen in de plaats zijn getreden, buiten de verrekening blijven indien zij op de peildatum nog aanwezig zijn. Uit de bepalingen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.