Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 575/2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012
Artikel 356 Handel in landbouwgrondstoffen als nevenactiviteit
Geldend
Geldend vanaf 28-06-2013
- Bronpublicatie:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Inwerkingtreding
28-06-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-06-2013, PbEU 2013, L 176 (uitgifte: 27-06-2013, regelingnummer: 575/2013)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Instellingen met handel in landbouwgrondstoffen als nevenactiviteit kunnen de eigenvermogensvereisten voor hun fysieke grondstoffenvoorraden aan het eind van ieder jaar voor het daaropvolgende jaar bepalen, indien elk van de volgende voorwaarden vervuld is:
- a)
de instelling beschikt op elk ogenblik van het jaar over een eigen vermogen voor dit risico dat niet lager is dan het op voorzichtige basis geraamde gemiddelde eigenvermogensvereiste voor dat risico voor het daaropvolgende jaar;
- b)
zij maakt een voorzichtige raming van de verwachte volatiliteit voor het uit hoofde van punt a) berekende getal;
- c)
haar gemiddelde eigenvermogensvereiste voor dit risico bedraagt niet meer dan 5 % van haar eigen vermogen of 1 miljoen EUR en de verwachte eigenvermogensvereisten op piekmomenten bedragen, rekening houdend met de overeenkomstig punt b) geraamde volatiliteit, niet meer dan 6,5 % van haar eigen vermogen;
- d)
de instelling houdt permanent in het oog of de uit hoofde van punt a) en punt b) verrichte ramingen nog steeds overeenkomen met de realiteit.
2.
De instellingen die gebruik maken van lid 1, stellen de bevoegde autoriteiten daarvan in kennis.