Rb. Overijssel, 07-03-2023, nr. 10292267 \ CV EXPL 23-239
ECLI:NL:RBOVE:2023:861
- Instantie
Rechtbank Overijssel
- Datum
07-03-2023
- Zaaknummer
10292267 \ CV EXPL 23-239
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBOVE:2023:861, Uitspraak, Rechtbank Overijssel, 07‑03‑2023; (Eerste aanleg - enkelvoudig)
- Vindplaatsen
Uitspraak 07‑03‑2023
Inhoudsindicatie
Consumentenbescherming. Ambtshalve toepassing. Energieovereenkomst. Bestelknop. De energieovereenkomst is online gesloten en de bestelknop is niet goed. De kantonrechter vernietigt de energieovereenkomst. De gevorderde afsluiting, onderbreking levering en terugvordering meters wordt afgewezen. Analoge toepassing (aanvullende) Regeling kleinverbruik. Niet voldaan aan de voorwaarden van de Regeling.
Partij(en)
RECHTBANK OVERIJSSEL
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer : 10292267 \ CV EXPL 23-239
Vonnis van 7 maart 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap
ENNATUURLIJK B.V.,
gevestigd te ’s-Hertogenbosch,
eisende partij, hierna te noemen Ennatuurlijk,
gemachtigde: Janssen en Janssen Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde] ,
niet verschenen.
1. De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- het tegen [gedaagde] verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1.
Ennatuurlijk heeft bij dagvaarding gevorderd de tussen partijen bestaande overeenkomst tot levering van warmte en/of koude en/of warmtapwater (hierna: energie) aan het verbruiksperceel te [woonplaats] , [adres] (hierna: het aansluitadres) per datum eindvonnis te ontbinden en [gedaagde] te veroordelen tot betaling van € 500,00, met rente en kosten, zoals in de dagvaarding is omschreven. Daarnaast vordert Ennatuurlijk nog een aantal nevenvorderingen zoals in de dagvaarding is omschreven, waaronder de onderbreking van de levering en in het kader daarvan ontruiming van het perceel.
2.2.
Ter onderbouwing van die vordering heeft Ennatuurlijk gesteld dat partijen een overeenkomst hebben gesloten voor de levering van energie op het aansluitadres. De leveringsovereenkomst en de van toepassing zijnde voorwaarden zijn aan [gedaagde] toegezonden. Ennatuurlijk stelt dat de overeenkomst is gesloten via internet en dat zij heeft voldaan aan de wettelijke informatieplichten. Volgens Ennatuurlijk schiet [gedaagde] te kort in de nakoming van haar verplichtingen en wil zij daarom dat de overeenkomst wordt ontbonden. Zij heeft er gelet op het door [gedaagde] tekort schieten in de nakoming van de overeenkomst belang bij de overeenkomst te ontbinden en de levering van energie te onderbreken. Op grond van de algemene voorwaarden is [gedaagde] gehouden medewerkers van Ennatuurlijk toegang te verlenen tot het perceel om de levering van energie naar het perceel te onderbreken en dient [gedaagde] dit te gedogen. Ennatuurlijk heeft - zonder succes - getracht [gedaagde] te bewegen minnelijk mee te werken aan de noodzakelijke afsluitwerkzaamheden en opname van de meters.
3. De beoordeling
De bestelknop.
3.1.
De vordering van Ennatuurlijk ziet op een overeenkomst op afstand tussen een handelaar en een consument. De handelaar moet bij het sluiten van dat soort overeenkomsten voldoen aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van artikelen 6:230m en 6:230v van het Burgerlijk Wetboek (BW).
3.2.
Ennatuurlijk heeft de kantonrechter verzocht af te zien van het ambtshalve toetsen of zij heeft voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten als bedoeld in de artikelen 6:230l BW, artikel 6:230m BW, artikel 6:230t BW en artikel 6:230v BW. Volgens Ennatuurlijk is er namelijk al voldoende wettelijke bescherming op nationaal niveau, zodat er geen grond bestaat voor het ambtshalve toetsen of is voldaan aan de (pre)contractuele informatieplichten.
3.3.
De kantonrechter moet er echter ambtshalve op toezien dat essentiële informatieplichten worden nageleefd en bij schending daaraan een sanctie verbinden, dus ook als er geen verweer is gevoerd (Hoge Raad 12 november 2021, ECLI:HR:NL:2021:1677, r.o. 3.1.20). De kantonrechter komt hierbij geen discretionaire bevoegdheid toe. De kantonrechter zal dan ook niet afzien van de ambtshalve toetsing van de (pre)contractuele informatieplichten.
3.4.
Volgens artikel 6:230v lid 3 BW moet de handelaar het elektronische bestelproces zo inrichten dat de consument een aanbod pas kan aanvaarden als hem op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat zijn bestelling een betalingsverplichting inhoudt. Een bestelkop of soortgelijke functie moet een ondubbelzinnige formulering bevatten die goed leesbaar is en waaruit blijkt dat het plaatsen van een bestelling een betalingsverplichting ten opzichte van de handelaar inhoudt. Een overeenkomst die in strijd met artikel 6:230v lid 3 BW tot stand komt, is vernietigbaar.
3.5.
Om te beoordelen of de handelaar aan deze verplichting heeft voldaan, moet alleen rekening worden gehouden met de woorden op de bestelknop waarmee de consument het bestelproces afrondt. Zie het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 7 april 2022 (ECLI:EU:C:2022:269). Er mag geen acht worden geslagen op de verdere omstandigheden van het bestelproces.
3.6.
Uit de toelichting en stukken blijkt dat op de bestelknop van de webwinkel de woorden “Akkoord” staan. Daarmee is naar het oordeel van de kantonrechter geen duidelijke mededeling gedaan dat de consument met het aanklikken van die knop een betalingsverplichting aangaat. Er is dan ook niet voldaan aan de verplichting van artikel 6:230v lid 3 BW. Als gevolg daarvan is de overeenkomst vernietigbaar.
3.7.
De kantonrechter is verplicht om ambtshalve de daaraan verbonden sanctie toe te passen en zal de overeenkomst vernietigen (zie r.o. 3.1.20 van voornoemd arrest van de Hoge Raad en de conclusie van P-G Wissink van 19 april 2022, randnummer 20 e.v. (ECLI:NL:PHR:2022:545)). [gedaagde] is de gevorderde hoofdsom daarom niet verschuldigd. De kantonrechter wijst de vordering af.
3.8.
Ennatuurlijk zal niet meer in de gelegenheid worden gesteld om te reageren op de vernietiging. Het rechtsgevolg vernietiging van de overeenkomst is in de wet opgenomen en moet ambtshalve worden toegepast. [gedaagde] is niet verschenen en van enig bezwaar tegen vernietiging van de overeenkomst is niet gebleken.
3.9.
Aan ambtshalve toetsing van de overige (pre)contractuele informatieplichten komt de kantonrechter niet toe.
De afsluiting van de energielevering.
3.10.
Ten aanzien van de gevorderde afsluiting; de onderbreking van de energielevering en terugvordering van de meters, overweegt de kantonrechter als volgt.
3.11.
In deze zaak zijn er twee grondslagen voor de afsluiting aangevoerd. Ennatuurlijk heeft aangevoerd voor de situatie dat de energieovereenkomst in stand blijft dat de afsluiting kan worden toegewezen op grond van wanbetaling van [gedaagde] . Verder heeft Ennatuurlijk aangevoerd dat voor het geval er geen energieovereenkomst (meer) bestaat tussen partijen, de afsluiting gerechtvaardigd is, omdat zij anders energie moet leveren zonder dat [gedaagde] op grond van een overeenkomst hiervoor hoeft te betalen.
3.12.
Wanneer de gevorderde afsluiting is gebaseerd op wanbetaling van [gedaagde] , zou de Regeling afsluitbeleid voor kleingebruikers van elektriciteit en gas en de aanvullende Regeling van de Minister voor Klimaat en Energie van 23 oktober 2022 (hierna de Regeling) van toepassing zijn en zou Ennatuurlijk verplicht zijn om te voldoen aan de daarin genoemde eisen voordat mag worden afgesloten.
3.13.
De vraag is of deze Regeling ook van toepassing is nadat de energieovereenkomst ambtshalve is vernietigd en er dus geen energieovereenkomst heeft bestaan, waarvan in deze zaak sprake is.
De kantonrechter is van oordeel dat de Regeling in het onderhavige geval analoog moet worden toegepast. Als dit niet zo zou zijn, zou er geen sprake zijn van doelmatige bescherming van de consument. Het is namelijk door toedoen van Ennatuurlijk dat er geen overeenkomst (meer) tussen partijen is. Als dat tot gevolg zou hebben dat [gedaagde] daardoor zou zijn verstookt van de bescherming die de Regeling haar biedt, is dat zeer onwenselijk en bovendien in strijd met de door de Regeling beoogde consumentenbescherming. Dat is temeer het geval nu we in de winterperiode zitten.
3.14.
De kantonrechter zal dan ook de Regeling toepassen als hierna overwogen.
Artikel 8 lid 1 sub f jo. lid 2 van de Regeling bepaalt dat de levering van energie kan worden beëindigd wegens wanbetaling, tenzij – kort samengevat – het traject van schuldhulpverlening is ingezet. Met ingang van 26 oktober 2022 geldt echter (tijdelijk) het nieuwe artikel 10a lid 5, waarin is bepaald dat onder meer de hiervoor genoemde leden van artikel 8 van de Regeling niet van toepassing zijn, tenzij de vergunninghouder heeft voldaan aan de voorwaarden als omschreven in lid 2, 3 en 4 van artikel 10a van de Regeling. Die voorwaarden houden onder meer in dat de vergunninghouder aantoonbaar tenminste driemaal een (in lid 2 van artikel 10a nader omschreven) schriftelijke herinnering heeft gestuurd, zich tot het uiterste heeft ingespannen om in persoonlijk contact te treden met de kleinverbruiker én aan deze, kort gezegd, een redelijke en passende betalingsregeling heeft aangeboden. Pas wanneer deze acties niet hebben geleid tot persoonlijk contact met de kleingebruiker, en – indien hij een natuurlijk persoon is – ook schuldhulpverlening niet van de grond is gekomen, kan de levering van energie wegens wanbetaling worden beëindigd.
3.15.
Omdat niet is gesteld of gebleken dat hieraan is voldaan, zal de gevorderde afsluiting op dit moment worden afgewezen. Het staat Ennatuurlijk vrij om de hiervoor genoemde procedure alsnog te volgen.
3.16.
Ennatuurlijk zal als de verliezende partij in de proceskosten worden veroordeeld. De proceskosten aan de zijde van [gedaagde] worden begroot op nihil.
4. De beslissing
De kantonrechter:
4.1.
wijst de vordering af;
4.2.
veroordeelt Ennatuurlijk tot betaling van de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] , tot de uitspraak van dit vonnis begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.J.S. Groeneveld-Koekkoek, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 7 maart 2023. (SK)