Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/881
Profijtontneming, w.v.v. uit medeplegen handel in cocaïne en deelname aan criminele organisatie. Wijze van berekening. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2016/10: bij bepaling w.v.v. dient te worden uitgegaan van voordeel dat betrokkene daadwerkelijk heeft behaald. Hof heeft schatting w.v.v. gebaseerd op berekening van de totale aankoopprijs per afnemer en de hoeveelheden afgenomen cocaïne per afnemer. Oordeel hof dat beide berekeningen zijn afgeleid van verklaringen van afnemers en voldoende met bewijs zijn onderbouwd, wordt in cassatie niet bestreden. Hof heeft vervolgens zonder miskenning van het vooropgestelde het w.v.v. vastgesteld op gemiddelde van uitkomst van voornoemde berekeningen, terwijl dit oordeel evenmin onbegrijpelijk en, mede bezien in het licht van wat door verdediging in h.b. is aangevoerd, toereikend gemotiveerd is. Samenhang met 20/00153, 20/00154 en 20/00277.
HR 07-09-2021, ECLI:NL:HR:2021:1218
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
7 september 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
20/00272
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1218, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:570, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2021
Essentie
Profijtontneming, w.v.v. uit medeplegen handel in cocaïne en deelname aan criminele organisatie. Wijze van berekening. HR herhaalt relevante overwegingen uit NJ 2016/10: bij bepaling w.v.v. dient te worden uitgegaan van voordeel dat betrokkene daadwerkelijk heeft behaald. Hof heeft schatting w.v.v. gebaseerd op berekening van de totale aankoopprijs per afnemer en de hoeveelheden afgenomen cocaïne per afnemer. Oordeel hof dat beide berekeningen zijn afgeleid van verklaringen van afnemers en voldoende met bewijs zijn onderbouwd, wordt in cassatie niet bestreden. Hof heeft vervolgens zonder miskenning van het vooropgestelde het w.v.v. vastgesteld op gemiddelde van uitkomst van voornoemde berekeningen, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.