RvdW 2012/288
Beroepsaansprakelijkheid. Bewijslastverdeling. Causaal verband. Toerekening; art. 6:98 BW. Art. 81 RO.
HR 10-02-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU5737
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 februari 2012
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, M.A. Loth
- Zaaknummer
11/00417
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BU5737
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU5737, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑02‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BU5737, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑11‑2011
Essentie
Beroepsaansprakelijkheid. Bewijslastverdeling. Causaal verband. Toerekening; art. 6:98 BW. Art. 81 RO.
Partij(en)
[Eiser], te [woonplaats], eiser tot cassatie, adv.: mr. M.J. van Basten Batenburg,
tegen
1. [Verweerster 1], te [vestigingsplaats], 2. [Verweerder 2], te [woonplaats], verweerders in cassatie, adv.: mr. K.G.W. van Oven.
Conclusie
Conclusie A-G mr. Spier:
1. Feiten1.
1.1
[Eiser] was eigenaar van een kantoor/bedrijfsgebouw te [plaats], hierna: het pand. In december 1996 wendde hij zich tot [betrokkene 1] van [verweerster 1] voor advies met betrekking tot de fiscale gevolgen van verkoop van dat gebouw, meer in het bijzonder in verband ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.