V-N Vandaag 2020/1494
Nederland niet gebonden aan onjuiste Luxemburgse E106-verklaring
HR (A-G) 07-05-2020, ECLI:NL:PHR:2020:446
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
7 mei 2020
- Zaaknummer
19/02988
19/04698
19/04835
19/04609
19/04564
19/04565
19/04566
19/04567
- Vakgebied(en)
Premieheffing / Algemeen
Internationale sociale zekerheid / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1237, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1236, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1150, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1244, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1238, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1242, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1235, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1151, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:235, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:499, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:446, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:238, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:237, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:244, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:239, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:559, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:511, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑05‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑05‑2020
Essentie
Advocaat-generaal Wattel concludeert dat Nederland niet is gebonden aan de onjuiste Luxemburgse E106-verklaring. De verklaring is namelijk afgegeven op grond van de niet voor Rijnvarenden geldende EG-verordening 1408/71. Een PVV-vrijstelling is niet van toepassing.
Samenvatting
Belanghebbende, X, heeft de Nederlandse nationaliteit en woont in de jaren 2013 en 2014 in Nederland. X werkt die jaren als Rijnvarende in loondienst voor Luxemburgse vennootschappen. Hij verricht zijn werkzaamheden op een schip dat eigendom is van een Nederlandse bv. X beschikt over een op 20 januari 2004 door Luxemburg afgegeven E106-verklaring. Aan X is geen A1-verklaring afgegeven. X stelt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.