NJ 2024/184
Uitlokking en vergismoord.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 maart 2024
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.E.M. Röttgering, T. Kooijmans
- Zaaknummer
22/04392
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Noot
A.J. Machielse
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS963784:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:372, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2024:54, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 23‑01‑2024
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑06‑2023
- Wetingang
Essentie
De verdachte had als uitlokker voorwaardelijk opzet op de dood van het niet beoogde slachtoffer. Door bewust de uitvoering van zijn opdracht om het beoogde slachtoffer [betrokkene 1] van het leven te beroven over te laten aan anderen zonder voorzorgsmaatregelen te nemen om het risico op andere slachtoffers redelijkerwijze te voorkomen, heeft hij bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat een ander dan het beoogde slachtoffer zou worden gedood.
Samenvatting
Het hof heeft onder meer vastgesteld dat de verdachte, vanwege een drugsconflict met [betrokkene 1], medeverdachte [betrokkene 2] opdracht heeft gegeven om [betrokkene 1] om het leven te brengen. ...