V-N 2023/2.18
Geen BPM-naheffing door schending Unierechtelijk verdedigingsbeginsel
HR 23-12-2022, ECLI:NL:HR:2022:1917, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 december 2022
- Magistraten
Van Hilten, Punt, Feteris, Fierstra, Van Eijsden
- Zaaknummer
20/02604
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS683383:1
- Vakgebied(en)
Belastingheffing van motorrijtuigen / Belasting van personenauto's en motorrijwielen
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
Europees belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:1917, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑12‑2022
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de BPM-naheffingsaanslag een bezwarend besluit is waarmee het EU-recht ten uitvoer wordt gebracht. De inspecteur moet het EU-verdedigingsbeginsel dus naleven. Na bezwaar is de aanslag verlaagd, zodat aan het andere-afloopcriterium is voldaan.
Samenvatting
X bv doet BPM-aangifte voor een twee maanden oude Bentley Bentayga 6.0 W12 en voldoet € 32.800. In geschil is de BPM-naheffingsaanslag van (uiteindelijk) € 16.797. X bv stelt dat het Unierechtelijke verdedigingsbeginsel is geschonden. Volgens Hof ’s-Hertogenbosch is de aanslag na bezwaar weliswaar verminderd, maar dit was uitsluitend gebaseerd op ambtshalve overwegingen van de inspecteur. X bv gaat in cassatie. De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.