Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1221/2009 inzake de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS), tot intrekking van Verordening (EG) nr. 761/2001 en van de Beschikkingen 2001/681/EG en 2006/193/EG van de Commissie
Artikel 18 Taken van de milieuverificateurs
Geldend
Geldend vanaf 11-01-2010
- Bronpublicatie:
25-11-2009, PbEU 2009, L 342 (uitgifte: 22-12-2009, regelingnummer: 1221/2009)
- Inwerkingtreding
11-01-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2009, PbEU 2009, L 342 (uitgifte: 22-12-2009, regelingnummer: 1221/2009)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
1.
De milieuverificateurs beoordelen of de milieuanalyse, het milieubeleid, het milieubeheersysteem, de auditprocedures en de tenuitvoerlegging daarvan van een organisatie in overeenstemming zijn met de eisen van deze verordening.
2.
De milieuverificateurs verifiëren:
- a)
de naleving door de organisatie van alle eisen van deze verordening met betrekking tot de initiële milieuanalyse, het milieubeheersysteem, de milieuaudit en de resultaten daarvan alsook de milieuverklaring of de bijwerking ervan;
- b)
de naleving door de organisatie van de toepasselijke communautaire, nationale, regionale en plaatselijke wettelijke milieuvoorschriften;
- c)
de continue verbetering van de milieuprestaties van de organisatie, en
- d)
de betrouwbaarheid, geloofwaardigheid en juistheid van de gegevens en informatie in de volgende documenten:
- i)
de milieuverklaring;
- ii)
de bijgewerkte milieuverklaring;
- iii)
alle te valideren milieu-informatie.
3.
Meer in het bijzonder verifiëren de milieuverificateurs de geschiktheid van de initiële milieuanalyse of van de milieuaudit of andere door de organisatie toegepaste procedures, zonder die procedures onnodig te dupliceren.
4.
De milieuverificateurs verifiëren of de resultaten van de interne audit betrouwbaar zijn. Eventueel doen zij hiervoor steekproeven.
5.
Bij de verificatie met het oog op de voorbereiding van de registratie van een organisatie controleert de milieuverificateur dat de organisatie ten minste aan de volgende eisen voldoet:
- a)
er functionecrt een volledig operationeel milieubeheersysteem overeenkomstig bijlage II;
- b)
er bestaat een volledig uitgewerkt en reeds gestart auditprogramma overeenkomstig bijlage III, waardoor ten minste de belangrijkste milieueffecten worden bestreken;
- c)
de in bijlage II, deel A, bedoelde management-toetsing is voltooid, en
- d)
er is een milieuverklaring opgesteld overeenkomstig bijlage IV, en eventueel beschikbare sectorale documenten zijn in de overwegingen betrokken.
6.
Ten behoeve van de verificatie met het oog op de vernieuwing van de registratie als bedoeld in artikel 6, lid 1, controleert de milieuverificateur of de organisatie aan de volgende eisen voldoet:
- a)
de organisatie beschikt over een volledig operationeel milieubeheersysteem overeenkomstig bijlage II;
- b)
de organisatie beschikt over een volledig uitgewerkt en operationeel auditprogramma dat al ten minste een auditcyclus heeft doorlopen overeenkomstig bijlage III;
- c)
de organisatie heeft een management-toetsing afgerond, en
- d)
de organisatie heeft een milieuverklaring opgesteld overeenkomstig bijlage IV, en eventueel beschikbare sectorale documenten zijn in de overwegingen betrokken.
7.
Ten behoeve van de verificatie met het oog op de vernieuwing van de registratie als bedoeld in artikel 6, lid 2, controleert de milieuverificateur of de organisatie ten minste aan de volgende eisen voldoet:
- a)
de organisatie heeft een interne audit uitgevoerd van de milieuprestaties en de naleving van de toepasselijke wettelijke milieuvoorschriften overeenkomstig bijlage III;
- b)
de organisatie levert het bewijs dat zij de toepasselijke wettelijke milieuvoorschriften blijft naleven en haar milieuprestaties voortdurend verbetert, en
- c)
de organisatie heeft een bijgewerkte milieuverklaring opgesteld overeenkomstig bijlage IV, en eventueel beschikbare sectorale documenten zijn in de overwegingen betrokken.