Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen en tot intrekking van een aantal richtlijnen
Bijlage II Handelingen van nuttige toepassing
Geldend
Geldend vanaf 04-07-2018
- Bronpublicatie:
30-05-2018, PbEU 2018, L 150 (uitgifte: 14-06-2018, regelingnummer: 2018/851)
- Inwerkingtreding
04-07-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-05-2018, PbEU 2018, L 150 (uitgifte: 14-06-2018, regelingnummer: 2018/851)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
- R 1.
Hoofdgebruik als brandstof of als ander middel voor energieopwekking (1)
- R 2.
Terugwinning/regeneratie van oplosmiddelen
- R 3.
Recycling/terugwinning van organische stoffen die niet als oplosmiddel worden gebruikt (met inbegrip van compostering en andere biologische omzettingsprocessen) (2)
- R 4.
Recycling/terugwinning van metalen en metaalverbindingen (3)
- R 5.
Recycling/terugwinning van andere anorganische materialen (4)
- R 6.
Regeneratie van zuren of basen
- R 7.
Terugwinning van bestanddelen die worden gebruikt om vervuiling tegen te gaan
- R 8.
Terugwinning van bestanddelen uit katalysatoren
- R 9.
Herraffinage van olie en ander hergebruik van olie
- R 10.
Uitrijden voor landbouwkundige of ecologische verbetering
- R 11.
Gebruik van afvalstoffen die bij een van de onder R 1 tot en met R 10 genoemde handelingen vrijkomen
- R 12.
Uitwisseling van afvalstoffen voor een van de onder R 1 tot en met R 11 genoemde handelingen (5)
- R 13.
Opslag van afvalstoffen bestemd voor een van de onder R 1 tot en met R 12 genoemde handelingen (met uitsluiting van tijdelijke opslag voorafgaande aan inzameling op de plaats van productie) (6)
Voetnoten
Hieronder vallen ook verbrandingsinstallaties die specifiek bestemd zijn om vast stedelijk afval te verwerken, mits hun energie-efficiëntie ten minste:
- —
0,60 bedraagt in het geval van installaties die vóór 1 januari 2009 in bedrijf zijn en over een vergunning beschikken overeenkomstig het toepasselijke Gemeenschapsrecht,
- —
0,65 bedraagt in het geval van installaties waarvoor na 31 december 2008 een vergunning wordt afgegeven, zoals berekend met de volgende formule:
Energie-efficiëntie = (Ep − (Ef + Ei)) / (0,97 × (Ew + Ef))
waarin:
Ep = de hoeveelheid energie die jaarlijks als warmte of elektriciteit wordt geproduceerd. Bij de berekening wordt energie in de vorm van elektriciteit vermenigvuldigd met een factor 2,6 en warmte die wordt geproduceerd voor commerciële toepassingen met een factor 1,1 (in GJ/jaar)
Ef = de jaarlijkse energie-input in het systeem afkomstig van brandstoffen die voor de productie van stoom worden gebruikt (in GJ/jaar)
Ew = de hoeveelheid energie die is besloten in de jaarlijks verwerkte hoeveelheid afvalstoffen, berekend aan de hand van de netto calorische waarde van de afvalstoffen (in GJ/jaar)
Ei = de hoeveelheid energie die jaarlijks wordt geïmporteerd, Ew en Ef niet meegerekend (in GJ/jaar)
0,97 = correctiefactor om rekening te houden met energieverliezen via bodemas en straling
Deze formule wordt toegepast overeenkomstig het referentiedocument over de beste beschikbare technieken voor afvalverbranding.
De waarde van de energie-efficiëntieformule wordt op de onderstaande wijze met een klimaatcorrectiefactor (CCF) vermenigvuldigd:
- 1.
CCF voor installaties die vóór 1 september 2015 in bedrijf zijn en over een vergunning beschikken overeenkomstig het toepasselijke Unierecht:
CCF = 1 als HDD >= 3 350
CCF = 1,25 als HDD <= 2 150
CCF = – (0,25/1 200) × HDD + 1,698 als 2 150 < HDD < 3 350
- 2.
CCF voor installaties waarvoor na 31 augustus 2015 een vergunning wordt afgegeven en voor installaties bedoeld in punt 1 na 31 december 2029:
CCF = 1 als HDD >= 3 350
CCF = 1,12 als HDD <= 2 150
CCF = – (0,12/1 200) × HDD + 1,335 als 2 150 < HDD < 3 350
(De daaruit resulterende CCF-waarde zal worden afgerond tot op drie decimalen).Als HDD-waarde (Heating Degree Days — graaddagen voor verwarming) moet het gemiddelde van de jaarlijkse HDD-waarden voor de locatie van de verbrandingsinstallatie gelden, berekend over een periode van 20 opeenvolgende jaren vóór het jaar waarvoor de CCF wordt berekend. De HDD-waarde moet aan de hand van de volgende door Eurostat vastgestelde methode worden berekend: HDD is gelijk aan (18 °C - Tm) × d als Tm minder bedraagt dan of gelijk is aan 15 °C (verwarmingsdrempel), en is gelijk aan nul als Tm meer bedraagt dan 15 °C, waarbij Tm de gemiddelde (Tmin + Tmax/2) buitentemperatuur over een periode van d dagen is. De berekeningen moeten dagelijks worden uitgevoerd (d = 1) en voor een heel jaar worden opgeteld.
Hieronder vallen voorbereiding voor hergebruik, vergassing en pyrolyse waarbij de componenten worden gebruikt als chemicaliën en nuttige toepassing van organisch materiaal in de vorm van opvulling.
Hieronder valt voorbereiding voor hergebruik.
Hieronder vallen voorbereiding voor hergebruik, recycling van anorganisch bouwmateriaal, nuttige toepassing van anorganische materialen in de vorm van opvulling, en bodemreiniging die resulteert in sanering van de bodem.
Indien er geen andere passende R-code voorhanden is, kan dit voorbereidende handelingen voorafgaand aan nuttige toepassing omvatten inclusief voorbehandeling, zoals demonteren, sorteren, verbrijzelen, verdichten, pelletiseren, drogen, versnipperen, conditioneren, herverpakken, scheiden of mengen voorafgaand aan een van de onder R 1 tot en met R 11 genoemde handelingen.