NJB 2022/242
Zorgmachtiging. Bereidheid zich te doen horen. De rechtbank overweegt dat betrokkene niet bereid is zich te doen horen, aangezien betrokkene van de zitting kon afweten en niet is verschenen. Hoge Raad: De motivering is ontoereikend.
HR 14-01-2022, ECLI:NL:HR:2022:18
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
14 januari 2022
- Magistraten
Mrs. C.E. du Perron, A.E.B. ter Heide, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/04057
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:18, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑01‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:1043, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑11‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑09‑2021
- Wetingang
Essentie
Zorgmachtiging. Bereidheid zich te doen horen. De rechtbank overweegt dat betrokkene niet bereid is zich te doen horen, aangezien betrokkene van de zitting kon afweten en niet is verschenen. Hoge Raad: De motivering is ontoereikend.
Partij(en)
Betrokkene, adv. mr. M.E. Bruning, vs. de officier van justitie, niet verschenen.
Uitspraak
Procesverloop
In dit geding heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden. Bij de mondelinge behandeling is betrokkene niet verschenen. De rechtbank heeft bij beschikking van 28 juni 2021 een zorgmachtiging voor de duur van drie maanden verleend en de beslissing voor ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.