V-N 2019/20.6
Personenvennootschap tussen hoogbejaarde moeder en haar kinderen geen schijnhandeling
Rb. Noord-Nederland 24-01-2019, ECLI:NL:RBNNE:2019:422, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
- Datum
24 januari 2019
- Magistraten
Tanghe, Kager, Van der Heide
- Zaaknummer
AWB - 16 _ 390
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS46537:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Fraus legis en richtige heffing
Inkomstenbelasting / Winst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBNNE:2019:422, Uitspraak, Rechtbank Noord-Nederland, 24‑01‑2019
- Wetingang
art. 3.4 Wet IB 2001
Essentie
Niet in geschil is dat de maatschap in civielrechtelijke zin tot stand is gekomen. Rechtbank Noord Nederland oordeelt dat zich niet de situatie voordoet dat de maten geen rechtshandelingen, dan wel andere rechtshandelingen zijn aangegaan dan zij volgens de maatschapsovereenkomst hebben gepresenteerd en vernietigt de opgelegde navorderingsaanslagen.
Samenvatting
X, belanghebbende, is geboren in 1918 en heeft drie kinderen. Vanaf 1976 verpacht zij landerijen en bedrijfsgebouwen aan een zoon (belanghebbende Y) die een akkerbouwbedrijf exploiteert. De pachtovereenkomst wordt met ingang van 1 mei 2010 ontbonden en op die datum hebben deze zoon, de moeder en de twee andere kinderen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.