Einde inhoudsopgave
Wet inkomstenbelasting BES
Artikel 20
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2023
- Bronpublicatie:
23-02-2022, Stb. 2022, 134 (uitgifte: 04-04-2022, kamerstukken: 35625)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-06-2022, Stb. 2022, 264 (uitgifte: 28-06-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
1.
Dit artikel is van toepassing op een belastingplichtige die het gehele kalenderjaar gehuwd is geweest zonder duurzaam gescheiden te hebben geleefd, mits zowel de belastingplichtige als zijn echtgenoot op de BES eilanden woonde. Indien de belastingplichtige en zijn echtgenoot duurzaam gescheiden gaan leven en binnen zes maanden nadien de samenleving hervatten, worden zij voor de toepassing van dit artikel geacht niet duurzaam gescheiden te hebben geleefd.
2.
De bestanddelen van het zuiver inkomen van een belastingplichtige, anders dan het persoonlijk inkomen en de persoonlijke verminderingen, worden aangemerkt als zuiver inkomen van zijn echtgenoot indien:
- a.
zijn persoonlijk inkomen lager is dan dat van zijn echtgenoot;
- b.
de belastingplichtige niet, maar zijn echtgenoot wel persoonlijk inkomen geniet;
- c.
beider persoonlijk inkomen gelijk is of beiden geen persoonlijk inkomen genieten, en belastingplichtige jonger is dan zijn echtgenoot.
3.
Het persoonlijk inkomen bestaat uit het gezamenlijk bedrag van:
- a.
zuivere opbrengst van een voor eigen rekening gedreven onderneming;
- b.
zuivere opbrengst van arbeid;
- c.
zuivere opbrengst van rechten op periodieke uitkeringen:
- 1°
ingevolge de Wet algemene ouderdomsverzekering BES en de Wet algemene weduwen- en wezenverzekering BES;
- 2°
genoten ter zake van studie tenzij het een uitkering betreft als bedoeld in de artikelen 7.51 tot en met 7.51f, 7.51h, 7.51j en 7.51k, eerste en tweede lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek of een uitkering of verstrekking als bedoeld in de artikelen 8.1.6a tot en met 8.1.6d, 8.1.6f en 8.1.6i, eerste en tweede lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES;
- 3°
verkregen in verband met invaliditeit, ziekte of ongeval;
- 4°
bedongen in rechtstreeks verband met of bij het staken van een onderneming;
- 5°
verkregen ter zake van echtscheiding of scheiding van tafel en bed.
4.
De persoonlijke verminderingen van het inkomen zijn de premies als bedoeld in artikel 16, eerste lid, onderdeel e.
5.
Bij de scheiding van goederen blijft op verzoek van een dan wel van beide echtgenoten het tweede lid buiten toepassing. In dat geval wordt de belasting berekend als ware het tweede lid wel van toepassing. Vervolgens wordt de door beide echtgenoten tezamen verschuldigde belasting omgeslagen in verhouding van ieders zuiver inkomen.