NJB 2017/860
Wet Bopz. Hoorplicht. De rechtbank leest een fax verkeerd over de bereidheid zich te doen horen. HR: Gelet op de inhoud van de fax is het oordeel van de rechtbank onbegrijpelijk
HR 31-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:560
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 maart 2017
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/00138
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Algemeen
Openbare orde en veiligheid / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:560, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑03‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:205, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2017
- Wetingang
(art. 14c lid 2 Wet Bopz)
Essentie
Wet Bopz. Hoorplicht. De rechtbank leest een fax verkeerd over de bereidheid zich te doen horen. HR: Gelet op de inhoud van de fax is het oordeel van de rechtbank onbegrijpelijk
Partij(en)
A, adv. mr. N.C. van Steijn, vs. de officier van justitie, niet verschenen.
Uitspraak
Procesverloop
De officier van justitie heeft verzocht om een voorwaardelijke machtiging. Bij fax heeft de advocaat van betrokkene te kennen gegeven dat betrokkene weliswaar bereid is de voorgeschreven medicatie te (blijven) aanvaarden, maar dat zij de druk van een voorwaardelijke machtiging niet wenst te accepteren. Hij verzocht datum en tijdstip te bepalen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.