NJ 2012/319
Kostenveroordeling; incidenteel hoger beroep; maatstaf.
HR 11-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9966
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 mei 2012
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
11/02653
- Conclusie
A-G mr. J. Spier
- LJN
BV9966
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV9966, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV9966, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑05‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑05‑2011
- Wetingang
BW art. 2:46
Essentie
Kostenveroordeling; incidenteel hoger beroep; maatstaf.
De omstandigheid dat eisers tot cassatie die door de rechtbank in het gelijk waren gesteld, een verweer hebben gevoerd in de vorm van een (voorwaardelijk) incidenteel hoger beroep, kan niet ertoe leiden dat de verwerping van dat beroep eisers op een kostenveroordeling komt te staan. Dit geldt niet alleen voor in eerste aanleg gevoerde verweren die in de vorm van een incidenteel hoger beroep onder de aandacht van het hof worden gebracht, maar ook voor in zodanige vorm opgeworpen nieuwe verweren.
Samenvatting
Het middelonderdeel dat is gericht tegen de in het voorwaardelijk incidenteel ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.