NJB 2015/257
Toepassing maatstaven voorbedachte raad zoals aangevuld in HR 15 oktober 2013, ECLI 2013:963, NJ 2014/156: in casu ontoereikende motivering voorbedachte raad erop gelet dat het hof niets heeft vastgesteld omtrent het tijdsverloop gedurende hetwelk de gelegenheid voor de verdachte zou hebben bestaan om na te denken over de betekenis en de gevolgen van de voorgenomen daad en om zich daarvan rekenschap te geven
HR 20-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:93
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 januari 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu en N. Jörg
- Zaaknummer
14/02018
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:93, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑01‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2702, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑12‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑08‑2014
- Wetingang
(Sr art. 289)
Essentie
Toepassing maatstaven voorbedachte raad zoals aangevuld in HR 15 oktober 2013, ECLI 2013:963, NJ 2014/156: in casu ontoereikende motivering voorbedachte raad erop gelet dat het hof niets heeft vastgesteld omtrent het tijdsverloop gedurende hetwelk de gelegenheid voor de verdachte zou hebben bestaan om na te denken over de betekenis en de gevolgen van de voorgenomen daad en om zich daarvan rekenschap te geven
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld omdat zij – kort gezegd – ‘opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer] van het leven heeft beroofd, hierin bestaande dat verdachte opzettelijk na kalm beraad en rustig overleg, [slachtoffer] meermalen, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.