RAV 2018/73
Graafschade. Begrenst de onjuistheid in de door de netbeheerder verstrekte informatie de onderzoeksplicht van de grondroerder naar de daadwerkelijk locatie van kabels en leidingen?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 mei 2018
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/00069
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS929545:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:772, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑05‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:144, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 09‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑12‑2016
- Wetingang
Art. 6:162 BW; art. 2 WION; art. 5 lid 2 BION
Essentie
Graafschade. Onderzoeksplicht grondroerder.
Begrenst de onjuistheid in de door de netbeheerder verstrekte informatie de onderzoeksplicht van de grondroerder naar de daadwerkelijke locatie van kabels en leidingen? Wat is de invloed van de Richtlijn Zorgvuldig Graafproces op de ongeschreven zorgplicht van de grondroerder?
Samenvatting
Verweerster in cassatie heeft grondroerende werkzaamheden uitgevoerd ter renovatie van een grondkerende damwand. Bij die werkzaamheden is een nieuwe damwand tegen de oude damwand geplaatst. Daarbij is schade ontstaan aan een kabel waarvan eiseres in cassatie - Liander - de beheerder is. Liander houdt verweerster voor die schade aansprakelijk. Verweerster voert tot haar verweer aan dat zij ...