RAV 2017/22
Onrechtmatige wetgeving. Invoering Wet verbod pelsdierhouderij onrechtmatig vanwege strijd met art. 1 Eerste Protocol EVRM?
HR 16-12-2016, ECLI:NL:HR:2016:2888
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 december 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron
- Zaaknummer
16/00921
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925678:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Staatsrecht / Wetgeving
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2888, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑12‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:898, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 09‑09‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑02‑2016
- Wetingang
Art. 1 Eerste Protocol EVRM; art. 6:162 BW; Wet verbod pelsdierhouderij
Essentie
Onrechtmatige wetgeving. Recht op eigendom.
Invoering Wet verbod pelsdierhouderij onrechtmatig vanwege strijd met art. 1 Eerste Protocol EVRM? Moet toekomstige verdiencapaciteit worden meegewogen bij de fair balance-toets van art. 1 EP?
Samenvatting
De Nederlandse Federatie van Edelpelsdierhouders (“NFE”) en een aantal pelsdierhouders hebben de Staat gedagvaard vanwege de invoering van de Wet verbod pelsdierhouderij (“Wvp”; Stb. 2013, 11). Deze wet is op 15 januari 2013 in werking getreden. Zij vorderen onverbindendverklaring, althans buitenwerkingstelling van de Wvp.
Op grond van de Wvp is het houden en (doen) ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.