HR, 20-12-2022, nr. 22/00257
ECLI:NL:HR:2022:1903
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20-12-2022
- Zaaknummer
22/00257
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:HR:2022:1903, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑12‑2022; (Cassatie, Artikel 80a RO-zaken)
In cassatie op: ECLI:NL:GHARL:2022:227
- Vindplaatsen
Uitspraak 20‑12‑2022
Inhoudsindicatie
Poging tot doodslag door in 2020 in IJsselstein 2 medewerkers van supermarkt met mes in hun borst te steken (art. 287 Sr), diefstal winkelgoederen (art. 310 Sr) en mishandeling (art. 300.1 Sr). TBS met dwangverpleging opgelegd. HR: art. 80a RO, zonder schriftelijk standpunt AG.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 22/00257
Datum 20 december 2022
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 14 januari 2022, nummer 21-002420-21, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1972,
hierna: de verdachte.
1. Procesverloop in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft J. Kuijper, advocaat te Amsterdam, een schriftuur ingediend. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
2. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep
De Hoge Raad heeft de klachten over de uitspraak van het hof beoordeeld. De procureur-generaal bij de Hoge Raad heeft de gelegenheid gekregen een advies uit te brengen. De Hoge Raad is tot het oordeel gekomen dat het cassatieberoep duidelijk niet kan slagen. Hij zal daarom gebruikmaken van de mogelijkheid om het beroep zonder verdere motivering niet-ontvankelijk te verklaren (zie artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3. Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de vice-president V. van den Brink als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en C. Caminada, in bijzijn van de waarnemend griffier S.P. Bakker, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 20 december 2022.