RF 2017/11
Effectenlease. Moet bij toepassing van de ‘hofformule’ de (procentuele) premie Ziekenfondswet in mindering worden gebracht op het ‘besteedbaar netto maandinkomen’? (Eiser/Dexia)
HR 02-12-2016, ECLI:NL:HR:2016:2749
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 december 2016
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/03746
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925389:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2749, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑12‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:937, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑09‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑07‑2015
- Wetingang
Art. 6:101 BW
Essentie
Effectenlease. Hofformule.
Moet bij toepassing van de ‘hofformule’ de (procentuele) premie Ziekenfondswet in mindering worden gebracht op het ‘besteedbaar netto maandinkomen’?
Samenvatting
Eiser heeft op 12 januari 2000 met Dexia vijf effectenleasecontracten gesloten met de naam ‘Allround Sparen’, alle met een looptijd van 240 maanden. In totaal heeft eiser ruim € 28.000 betaald aan maandtermijnen; eiser heeft er geen voordelen uit ontvangen. Uit hoofde van de eindafrekeningen stond nog € 10.384,50 open. Eiser vorderde in eerste aanleg het door hem betaalde terug; in reconventie vorderde Dexia het nog openstaande bedrag. De kantonrechter wees de vorderingen van eiser af en die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.