V-N 2019/34.10
Niet het loon maar aanwijzing ervan als eindheffingsbestanddeel moet gebruikelijk zijn in werkkostenregeling
HR 12-07-2019, ECLI:NL:HR:2019:1050, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 juli 2019
- Magistraten
De Groot, Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
18/00926
18/00952
18/00953
18/00955
18/00956
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS68724:1
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Werkkostenregeling
Loonbelasting (V)
Loonbelasting / Loon
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1196, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1195, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1198, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1050, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:HR:2019:1197, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑07‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:183, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 27‑02‑2019
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat de werkkostenregeling niet is beperkt tot vergoedingen en verstrekkingen die naar algemeen maatschappelijke opvattingen een zuiver zakelijk of een gemengd karakter hebben. De vergoedingen en verstrekkingen mogen echter niet in belangrijke mate hoger zijn dan in voor het overige overeenkomstige omstandigheden gebruikelijk is.
Samenvatting
Aan een selecte groep werknemers van de belanghebbenden, een vijftal groepsvennootschappen waaronder X nv, zijn in 2012 en 2013 om niet aandelen in X nv toegekend. De aandelen zijn aangewezen als eindheffingsbestanddeel in de zin van de werkkostenregeling. De inspecteur legt een naheffingsaanslag loonbelasting op. Volgens Hof Amsterdam wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.