Verordening (EG) Nr. 2076/2002 houdende verlenging van de in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG van de Raad bedoelde termijn en betreffende de niet-opneming van bepaalde werkzame stoffen in bijlage I bij die richtlijn en de intrekking van toelatingen voor gewasbeschermingsmiddelen die deze stoffen bevatten
Artikel 1
Geldend
Geldend vanaf 05-09-2008
- Bronpublicatie:
28-08-2008, PbEU 2008, L 231 (uitgifte: 01-01-2008, regelingnummer: 848/2008)
- Inwerkingtreding
05-09-2008
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-08-2008, PbEU 2008, L 231 (uitgifte: 01-01-2008, regelingnummer: 848/2008)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieugevaarlijke stoffen
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Algemeen
De in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG bedoelde periode van twaalf jaar wordt verlengd tot en met 31 december 2006 voor de werkzame stoffen die worden geëvalueerd in het kader van Verordening (EEG) nr. 3600/92, tot en met 30 september 2007 voor de werkzame stoffen die worden geëvalueerd in het kader van de tweede fase zoals bedoeld in Verordening (EG) nr. 451/2000, en tot en met 31 december 2009 voor de werkzame stoffen die worden geëvalueerd in het kader van Verordening (EG) nr. 1490/2002, tenzij een besluit is genomen of vóór de desbetreffende datum wordt genomen om de werkzame stof in kwestie al dan niet op te nemen in bijlage I bij Richtlijn 91/414/EEG. Gedurende die perioden mogen de lidstaten blijven toelaten of opnieuw toelaten dat gewasbeschermingsmiddelen die die werkzame stoffen bevatten, op de markt worden gebracht, overeenkomstig het bepaalde in artikel 8, lid 2, van Richtlijn 91/414/EEG.