Einde inhoudsopgave
Algemene nabestaandenwet
Artikel 50 [Betaling vakantie-uitkering]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2011
- Bronpublicatie:
13-12-2010, Stb. 2010, 840 (uitgifte: 28-12-2010, kamerstukken: 32435)
- Inwerkingtreding
01-01-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-12-2010, Stb. 2010, 839 (uitgifte: 28-12-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Afhankelijke geldigheid
Treedt bij het KB van 23-12-2010, Stb. 877, tegelijk in werking met de Verzamelwet SZW 2011 (16-12-2010, Stb. 838).
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid nabestaanden / Nabestaandenuitkering
1.
De Sociale verzekeringsbank betaalt, voor zover niet reeds betaald, de vakantie-uitkering in afwijking van artikel 46 jaarlijks in de maand mei over de aan die maand voorafgaande maanden, of indien het recht op uitkering eerder dan in de maand mei eindigt, in de desbetreffende maand, tenzij aansluitend aan het recht op uitkering op grond van deze wet recht op uitkering ingevolge de Algemene Ouderdomswetontstaat.
2.
Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld voor de betaling van de vakantie-uitkering.