Einde inhoudsopgave
Landelijk Strafprocesreglement voor de afdelingen strafrecht van de gerechten en het openbaar ministerie
4.3 Tolken en vertalers Gewezen wordt op het bestaan van een ‘best practice vertolking en vertaling strafrechtspraak’, gepubliceerd op www.rechtspraak.nl .
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging is de datum van de Staatscourant.
- Bronpublicatie:
19-11-2018, Stcrt. 2018, 64607 (uitgifte: 19-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-11-2018, Stcrt. 2018, 64607 (uitgifte: 19-11-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- 4.3.1.
Beëdigde tolken en vertalers die in het strafproces worden ingezet, beschikken bij voorkeur over de specialisatie tolk of vertaler in strafzaken als bedoeld in het Besluit aanwijzen specialisatie (Stcrt. 2012, nr. 12136).
- 4.3.2.
Het openbaar ministerie draagt zorg voor het oproepen van een tolk indien de verdachte, getuige, deskundige of het slachtoffer de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst. In geval van een minderjarige verdachte wordt voor de ouder, wettelijk vertegenwoordiger of vertrouwenspersoon, indien deze de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst, een tolk opgeroepen.1.
- 4.3.3.
Bij verhoren door de rechter-commissaris of de raadsheer-commissaris is het kabinet van de rechter-commissaris c.q. de raadsheer-commissaris verantwoordelijk voor het oproepen van een tolk. Bij verhoor van een verdachte laat het kabinet op aangeven van en door het openbaar ministerie een tolk oproepen.
- 4.3.4.
Bij tolkopdrachten die langer dan één dagdeel duren wordt bij voorkeur (voor de gehele tolkdienst) een tweede tolk opgeroepen.
- 4.3.5.
Het openbaar ministerie draagt er zorg voor dat de tolk voorafgaand aan de tolkwerkzaamheden voldoende wordt geïnformeerd. De tolk ontvangt hiertoe ten minste een afschrift van de tenlastelegging.
- 4.3.6.
Procesdeelnemers dragen er zorg voor dat schriftelijke stukken die zij integraal gaan voordragen (zoals een pleitnota, schriftelijk requisitoir of schriftelijke slachtofferverklaring) eveneens en voorafgaand aan de voordracht, ter beschikking worden gesteld aan de tolk.
- 4.3.7.
De tolk volgt de strafzaak, hetgeen betekent dat bij aanhouding van de strafzaak bij voorkeur dezelfde tolk wordt opgeroepen of aangezegd aanwezig te zijn bij de voortzetting van de behandeling.
Voetnoten
Dit geldt ook voor een vroegconsult door een gedragskundige van het NIFP of door een medewerker van de reclassering, indien de verdachte de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst.