NJ 2020/29
Geen cassatie mogelijk tegen ongegrondverklaring klaagschrift tegen Europees bevriezingsbevel.
HR 03-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:1810
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 december 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
19/02296
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS179818:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1810, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:875, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑09‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑06‑2019
- Wetingang
Essentie
Geen cassatie mogelijk tegen ongegrondverklaring klaagschrift tegen Europees bevriezingsbevel.
Samenvatting
Tegen een beschikking van de rechtbank tot ongegrondverklaring van een klaagschrift tegen een Europees bevriezingsbevel staat geen beroep in cassatie open.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Den Haag van 19 maart 2019, nummer RK 19/732, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door [klager], hierna: de klager, adv.: mr. J.M. Lintz, te ’s‑Gravenhage.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G. Knigge:
1
Bij beschikking van 19 maart 2019 heeft de rechtbank Den Haag het verzoek ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.